Er wordt vaak gekankerd – en terecht – tegen de Brusselse gemeenten en OCMW’s dat zij de taalwetgeving met voeten treden door eentalig Franstalig personeel aan te werven. Dat is in strijd met de wet en daardoor kunnen de Brusselse Vlamingen vaak niet in hun eigen taal worden bediend in de gemeentelijke administraties.
Ook een aantal diensten van de federale overheid leveren in het Brusselse echter bepaalde diensten aan de bevolking. Wat daarvan niet geweten is, is dat ook deze diensten inzake toepassing van de taalwet in hetzelfde bedje ziek zijn als de Brusselse gemeenten, en niet een klein beetje trouwens.
Barbara Pas zocht een en ander uit en de resultaten zijn sprekend. Het betreft in totaal 16 diensten. Van die 16 is er 1 volledig tweetalig, voor 3 diensten schommelt het aantal tweetaligen rond de 70%, 3 diensten zijn voor ongeveer de helft tweetalig, 5 diensten zijn voor 1/3e tot een 1/4e tweetalig en voor 3 diensten is de tweetaligheid zowat onbestaande. In zijn geheel genomen betekent dit dat slechts één derde van deze personeelsleden tweetalig is.
Zoals in de Brusselse plaatselijke besturen het geval is, bestaat ook hier inzake tweetaligheid een grote discrepantie tussen Vlamingen en Franstaligen. Bij de Vlamingen is 64% tweetalig, bij de Franstaligen niet eens één vijfde. Dat betekent dat de Franstaligen in deze diensten 89% kans hebben om in het Frans bediend te worden (door een Franstalige of een Franskundige Vlaming), terwijl de Vlamingen slechts in 44% van de gevallen in hun taal zullen geholpen kunnen worden (door een Vlaming of een Nederlandskundige Franstalige).
Barbara Pas: “Andermaal blijkt hieruit hoe stiefmoederlijk de Vlamingen in hun hoofdstad, maar ook soms in delen van Vlaams-Brabant, behandeld worden, niet alleen door de Brusselse besturen, maar ook door de federale overheid. Vermits de N-VA’er Jan Jambon in deze regering bevoegd is voor taalwetgeving, roep ik hem dan ook op er werk van te maken om dit op korte termijn recht te trekken. Hij moet hier niet met het excuus afkomen dat dit onder de communautaire stilstand die in deze federale regering werd afgesproken zou vallen. Die vlieger gaat hier absoluut niet op, het gaat hier gewoon over de toepassing van de bestaande taalwet.”